21 januari 2012

De Muren worden aangepakt, en eerste lekke band



Vanaf 16 januari j.l. zijn er imposante werken aan de gang op de Muren, de omboomde wal rond het Centro storico. Begin 16e eeuw al is Lucca begonnen met de bouw van dit vestingwerk met 11 bastions (baluardi). Pas in1645 werd de bouw van deze zeer indrukwekkende opvolger van eerdere, maar kleinere versies (w.o. een Romeinse uit de 2e eeuw) voltooid. Pijnlijk genoeg heeft dit vestingwerk nooit hoeven doen waar het voor was gebouwd, namelijk de stad verdedigen tegen de vijand. Die kwam niet opdagen....Doet een beetje denken aan de forten van de Hollandse waterlinie. Ook de Waterlinie heeft haar waarde als verdedigingslinie nooit echt kunnen bewijzen, maar is wel drie keer (deels) in staat van verdediging gebracht. In 1870 toen de Frans-Duitse oorlog dreigde uit te draaien op een Europese oorlog, tijdens de Eerste Wereldoorlog en de laatste keer in 1939 toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak. 
De omboming van de Muren van Lucca zal nogal iets minder worden want in deze derde fase van het veel meer omvattende project is men doende de zeer oude Platanen neer te halen. Ze zullen worden vervangen door Populieren en Lindebomen. Nog een jaartje of 50, en we lopen tussen Baleardo San Paolino en Baluardo San Donato weer lekker in de schaduw. Dit traject nabij het busstation zal voor het publiek gesloten blijven tot tenminste 3 februari. Daarna volgen nog andere rehablitatiewerken, o.a. aan het asfalt. Gaat bij elkaar een maandje of vier duren... 



Later meer. Eerst fietsen.

Doet u intussen dit wekend mee aan de jaarlijkse Tuinvogeltelling
 http://www.tuinvogeltelling.nl/ ..... in onze tuin vandaag 2 merels, 8 stadse duiven, 5 spreeuwen, zwartkop, roodborst. Op dit ogenblik  (18.30 uur) heeft de Steenuil zich nog niet laten horen.

Vandaag weer een mooi rondje van 80 kms gefietst. Helaas moest Dario zich vanochtend afmelden met aanhoudende rugklachten. Ik ben benieuwd wat de Paus van deze kachten vindt. Er was zo gauw geen afspraak meer te maken met derden. Vond ik ook wel best, alleen vertrokken dus. Op de twee eerste klims (Piazzano, Castello/Fibbiano/Gombitelli) had ik het uitsluitende gezelschap van al of niet twinkelerende vogels (buizerd , boomklever o.a.). Heerlijk omhoog in een lekkere tred en onder dito zonnetje, graadje of 11. De meeste Italianen hier wagen zich nog niet de heuvels in, te koud en/of te zwaar. Ze gaan liever naar de kust (Viareggio, La Spezia) om daar in het vlakke met zijn allen een beetje heen en weer te gaan liggen rossen in het zonnetje. Wel warm aangekleed, dat ook nog wel. Voor de niet fiets-adepten onder de lezers (zij bestaan!): dit is ook onderdeel van de lokale cultuur! Overigens was de klim vorig jaar om deze tijd vlak buiten Fibbiano geblokt vanwege een flinke aardverschuiving (frana). Inmiddels is de zooi geruimd en moet een nieuw opgetrokken muur met hekwerk eventuele toekomstige aardverschuivingen 'van de straat houden'.

                                       januari 2011

            
                                    januari 2012

Pas op de Montemagno en later op de Monte Pitoro kwam ik min of meer in gezelschap te rijden. Er reden diverse plukjes op deze klim, die in het begin (dorp uit) wat steilere stukjes kent maar verder wel als een behoorlijke 'loper' kan worden gekwalificeerd. De benen waren outstanding, vandaag. Ik ben niet eerder de Pitoro zo hard opgereden. Waarschijnlijk gisteren toch voldoende gedronken. "Ik drink niet meer dan strikt noodzakelijk", zo sprak heer Reve al. Wijze woorden! Tijdens de Pitoro-klim hoorde ik achter mij stevig gevloek, een goed teken. Niet dat ik me iets ga verbeelden, hoor. Ik ken mijn beperkingen. De afdaling bracht me terug op de SP1, de verbindingsweg tussen Lucca en de kust. Daar raakte ik na een paar honderd meter verzeild in een klein groepje, gezamenlijk reden we in prettig gestrekte draf terug naar Lucca. Ieder zijn deel van het kopwerk. Bij het binnenrijden der stad een afloper voor. Op circa 1 km van huis werd ik onverbiddelijk te voet gesteld. Eerste lekke band! Na de bandenwissel op de brug over de Serchio ben ik maar niet meer over de Muren gereden om nog wat fotoos te maken van de situatie.

Tsja, die platanen die kennelijk slooprijp waren.... Eerst eten maken..... 21.34 uur: onder de stimulerende klanken van de Walter Trout Band ( http://www.waltertrout.com/, begin maart in Paradiso) hervat ik, vandaag de laatste keer. Die platenen dus. Die gaan terug tot de tijd dat de Fransen het hier voor het zeggen hadden. De troepen van Napoleon Bonaparte kregen dat rond 1800 voor elkaar. Marie Louisa van Bourbon Parma (hoe heet ook al weer die vent van ons prinsesje Irene?) zorgde in de eerste decennia van die 19e eeuw voor de parkachtige aanblik, zodat nu zowel cittadini als toeristen dagelijks tijdens hun fiets- of (meestal) wandelommetje kunnen genieten van de rust en een per pas wisselende zicht op de oude stad. Frankrijk --- Platanen, da's een rechte lijn. Dat juist de oudste platanen nu worden neergehaald is zeker ook een aanslag op de zichtbare geschiedenis van Lucca. Vervangen door populieren en linden, mooie bomen, dat wel, maar toch... In Lucca wordt getreurd. En dan blijkt ook nog de een na oudste boom van de Orto Botanico, onderlangs aan de binnenkant van deze 16e-eeuwse muur, een Magnolia, rijp voor de sloop wegens ontembare ziekte. Sinds eergisteren is deze vaandeldrager niet meer.

Platanen en Frankrijk, daar bestaan schitterende verhalen over, wielrennen gerelateerd nog wel -->> Abdel Zaaf (Algerije, 1911-1986) In de Tour de France van 1950! Algerije was nog een kolonie van Frankrijk. Abdel maakte dat jaar deel uit van de ploeg Afrique du Nord, bestaande uit Algerijnse en Marokkaanse wielrenners. In de dertiende etappe, van Perpignan naar Nîmes, op donderdag 27 juli moesten de renners niet alleen vechten tegen de kilometers en elkaar, maar ook tegen een verstikkende hitte van 40 graden Celsius. Abdel-Kader Zaaf ging samen met zijn landgenoot Marcel Molines op 200 kilometer voor de meet in de aanval. Vanwege de grote hitte en de riante voorsprong stopte Zaaf om zijn dorst te stillen en nam een drinkbus aan van een toeschouwer langs de weg. Daarin zat echter wijn. Zaaf stapte weer op zijn fiets en dronken vervolgde hij, al zigzaggend, zijn weg, waarna hij afstapte om onder een forse Plataan zijn roes uit te slapen. Zaaf werd wakker gemaakt door tourvolgers en vervolgde zijn weg, maar wel in de verkeerde richting. Het peloton zou hij echter niet tegenkomen, want nadat hij voor een tweede keer was afgestapt, werd hij voor de zekerheid naar een ziekenhuis gebracht. Zijn ontsnappingsmaat Molines won de etappe, maar Zaaf had zijn wereldfaam als wielrenner verworven. Dit verhaal heeft ook Wilfried de Jong geprikkeld. In het jaar 2000 alweer toog hij voor een reportage in Sportpaleis de Jong met cameraploeg naar de 'plaats delict', op zoek dus naar de Plataan waaronder Zaaf destijds zijn dronken dutje deed.
Groot de schok dat de Plataan in kwestie, en de naburen ervan, bij aankomst juist bleken te worden gesloopt in verband met de nodig geachte wegverbreding ter plaatse. De jongens die zich hoog in de bomen van deze voorname taak kweten waren.... Noord-Afrikanen...  Bestaat toeval?


3 opmerkingen:

  1. Ha Joep,
    Tuinvogeltelling leverde niets op, behalve een smerige piskat...
    The Walter Troutband staat bij mij ook in de kast trouwens. Heb ze lang geleden nog eens gezien tijdens een optreden bij de Haagsche Koninginnenâg, lekker scheuren met die gitaren.
    Even over het beroemde Zaaf-moment, is dat een moment dat wat jou betreft kan worden toegevoegd aan de Tour-canon of niet? De Blog spreekt zich er niet over uit.

    Ik heb wel weer een nieuwe Groot Tourmoment en wel het volgende: Ik ben even in de analen van Tour gedoken en ben uitgekomen bij de jaren '20, die mij het meest intrigeren.

    Waarom? De Tour van 1924 was 5428 km lang, voorwaar geen piskat, ik bedoel kattepis! De etappes waren gemiddeld zo'n 350 km lang, en de langste etappe, les Sables d'Olonne- Bayonne, was maar liefst 482 km lang!!
    De Tour werd in die tijd gedomineerd door Ottavio Bottecchia, 2e in 1923 (had echter bij zijn debuut al kunnen winnen, maar ja, stalorders van zijn Franse broodheer bracht de winst bij Pelissier), maar 1e in 1924 en 1925. In totaal 33 dagen in het geel en 9 etappeoverwinningen. Leerde lezen door het spellen van de Gazetta dello Sport. Na zijn winst in 1924 sprak hij de gedenkwaardige woorden: Pas fatigué.
    Heerlijk toch, wat een klasbak moet dat zijn geweest in die tijd. In 1924 was zijn voorsprong op nr 2 meer dan een half uur en op nr 3 meer dan 1,5 uur. Helaas is dese campionissimo te vroeg overleden in 1927, bewusteloos gevonden naast zijn fiets, officieel door een zonnesteek, maar officieus vermoord door een boer uit de streek die hem strafte voor het eten van wat druiven uit zijn wijngaard.
    Dus voor de Tourcanon: De Tourwinst in 1924 van Ottavio Bottecchia.
    Ik kan hier geen foto's in kopiëren dus hier de link naar een verslag van die Tour alwaar wat mooie z/w-prenten op staan die je wellicht kunt gebruiken op je Blog.


    http://www.bikeraceinfo.com/tdf/tdf1924.html

    BeantwoordenVerwijderen
  2. 'Pas fatigué', een treffende uitspraak! Doet me denken aan wat Bahamontes ooit uitsprak toen hij de Tour verliet: 'Moi, nous sommes fatigués. Nous allons à la maison'. Niet slecht voor een Spanjaard. Maar Tom, als we zo gaan beginnen..... dan komen nog veel meer momenten uit de tourhistorie in aanmerking. De val van Rogier Rivière op de Col dee Perjuret (Cévennen), die van Wim van Est op de Aubisque, André Darrigade die in het Parc des Princes in volle spurt een baancommissaris overhoop rijdt, etc. Ik wil de canon graag tot de moderne tijd beperken, suggesties graag met ondersteunende TV-beelden. Zo meteen volgt item Grote Dalers. Daar wil ik ruimhartiger zijn. Dan telt ook het sterke verhaal.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Ok, jij bent de baas.
    Dus alleen van de Tour van de bewegende beelden, goed dan, ga er eens effe voor zitten.

    BeantwoordenVerwijderen